dinsdag 8 augustus 2017

Doelgerichte Friezen

Het voorstel van de bisschop van Lissabon om Alcácer do Sal te belegeren is aanlokkelijk. Toch gaan de Friezen er niet op in.

Een groot deel van het leger, met name de Friezen, protesteerde echter tegen dit alles, en voerde vele argumenten aan, vooral dit, dat heer Innocentius op een concilie het verzoek van diezelfde bisschop om toestemming voor het ophouden van de kruisvaarders in Spanje had afgewezen met de mededeling, dat de wraak van de Kerk bij het hoofd moet beginnen.

Het concilie waar onze anonieme pelgrim naar verwijst, is het Vierde Lateraans concilie in 1215. Tijdens die kerkvergadering presenteert paus Innocentius III zijn plannen voor de komende Kruistocht. Daarbij bepaalt hij uitdrukkelijk dat alle militaire inzet gericht zal moeten zijn op de herovering van Jeruzalem. Expedities die afwijken van dit hoofddoel vallen voortaan niet meer onder de noemer 'Kruistocht'. 

Innocentius neemt dit besluit ondermeer omdat de Kruistocht van enkele jaren eerder (1202-1204) is uitgelopen op een totaal fiasco. Bij vertrek uit Venetië is namelijk maar de helft van de verwachtte 33.500 kruisvaarders komen opdagen. Hiermee heeft de legerleiding ook de helft minder geld. Met geen mogelijkheid kan de Venetianen daarom de afgesproken 160.000 zilvermarken betaald worden voor de overtocht.

Om dit probleem op te lossen, doet de Venetiaanse doge de Kruisvaarders een voorstel: Als zij voor Venetië de concurrerende Kroatische stad Zara veroveren, zal de openstaande schuld worden kwijtgescholden. Zo gezegd, zo gedaan en Zara wordt in een recordtijd van 13 dagen verwoest en ingenomen. 

Dat de Kruisvaarders ten strijde trekken tegen -weliswaar Orthodoxe- christenen is al bedenkelijk. Maar het wordt nog erger. Eenmaal in Kroatië komen de Kruisvaarder in contact met een Byzantijnse troonpretendent. Deze vraagt om hulp in de keizerlijke opvolgingsstrijd in Constantinopel. De Kruisvaarders zullen hiervoor rijk worden beloond. Maar beloftes worden niet nagekomen en als vergelding nemen de Kruisvaarders de stad in. 

In april 1204 wordt Constantinopel drie dagen lang geplunderd. De Kruisvaarders geven zich over aan moord, roof, verkrachting, heiligschennis en vernieling. Het heilige leger begaat in naam van God de grootst mogelijke zonden tegen een christelijk broedervolk. Niemand denkt nog aan Egypte. De Vierde Kruistocht is ten einde.

Uit dit schandelijke drama heeft Innocentius lering getrokken. Bij de organisatie van de Vijfde Kruistocht besteedt hij veel aandacht aan de financiering van de reis en aan de geestelijke toewijding van de deelnemers. Niets dat kan afleiden van het hoofddoel Jeruzalem mag nog enige aandacht krijgen.

In Lissabon zijn lang niet alle Kruisvaarders zo doelgericht als de paus wel zou willen. Een deel van hen blijft om in Spanje te vechten. Dat de Friezen wel verder reizen vind ik opmerkelijk en is niet goed te verklaren. Je zou zeggen dat juist zij met hun heilige landgenoot Popte Ulvinga een goed excuus hadden om de strijd tegen de Moren aan te gaan.

Hoe het ook zij, de Friezen varen verder en daarmee begint een nieuw hoofdstuk van deze Kruischtocht.

(Innocentius III is een doelgerichte paus.)





Geen opmerkingen:

Een reactie posten